17 maart 2023
Leestijd: ca. 3 minuten
Auteur: Erik Sjoers
Voordat we beginnen met het tackelen van deze vrij lastige politieke constructie, eerst een kleine inleiding van deze serie en van mij. Mijn naam is Erik, in het verleden actief geweest voor de Flevolandse afdeling van de JOVD en tegenwoordig trainee (of op z’n Frans, stagiair) bij het Europees Parlement en de moederpartij.
Noem de studies politicologie, bestuurskunde, European Studies of rechtsgeleerdheid en je beschrijft een eigenschap van de helft van alle JOVD’ers. Deze groep zal ongetwijfeld een vergaand begrip hebben van het fenomenale fenomeen van de EU. Maar omdat iedereen altijd wat leren kan èn er gelukkig ook nog een aantal leden is dat wèl een vak leert (of heeft geleerd), kan iedereen in de komende stukken hopelijk iets wijzer worden wat betreft ons Europa. Deze keer: het Europees Parlement.
Guy Verhofstadt. Zegt die naam jou wat? Ik denk dat het zo’n fifty-fifty wordt onder de lezers van dit stuk. Hij is minister-president geweest van België namens Open VLD, en daarna lang fractieleider van de ALDE: de liberale fractie binnen het EP tot 2019. Maar voor degene die hem nog niet kent; zoek een speech van hem op. En sowieso, ook als je hem kent en zijn speeches al eens hebt gezien, kijk ze nog eens. In het bijzonder die rond de Brexit. Zeker, je moet ervan houden, van zijn stijl. Maar als je dat doet, vind je het geweldig.
“Hij laat zien dat het Europees Parlement lang niet zo stoffig is zoals het soms wordt geportretteerd. “
Hij laat zien dat het Europees Parlement lang niet zo stoffig is zoals het soms wordt geportretteerd. Tuurlijk, het concept ‘debat’ bestaat eigenlijk niet: zeker plenaire zittingen in Straatsburg zijn lange draden langdradige speeches. Zorgvuldig gekozen woorden door de assistenten, zonder dat op elkaar gereageerd (noch geluisterd) wordt.
Het zijn er 705. Die Europarlementariërs. Zoals ik in de inleiding over de EU al vertelde, Nederland vaardigt er 29 af. De grootste partij is de PvdA, met 6 zetels. Daarna komt het CDA, ook 6. Daarna de VVD, met 5. Dus met bijna 20% van de stemmen vanuit Nederland, heb je eigenlijk maar weinig te zeggen in die enorme zaal. Juist. En dat is waarom er geen eenmansfracties bestaan, maar het Parlement is opgedeeld in acht fracties.
Per politieke kleur is er een fractie, die intern ideologisch best wat verschillen. De grootste Europese fracties komen aardig overeen met de volgorde in Nederland: de grootste is de Europese Volkspartij (EVP) waar het CDA en sinds kort ook ChristenUnie bijzitten. Daarna de Socialisten en Democraten (S&D), waar de PvdA deel van uitmaakt. En als laatste Renew Europe, de liberale Europese partij. Niet alleen de VVD, maar ook D66 zit in deze groep met twee Europarlementariërs, waardoor de grootste groep vanuit ons kikkerlandje de liberalen zijn.
Dat is een stuk minder versplinterd dan onze Tweede Kamer! Gelukkig wel, maar zoals ook in het vorige stuk stond, het Europees Parlement is niet te vergelijken met een nationaal parlement. Bijvoorbeeld dat het best bijzonder is dat zij die wetgevende taak delen met nóg een instituut. Maar ook het rapporteurschap is typisch Brusselse politiek: altijd is er één Europarlementariër ‘verantwoordelijk’ voor een wetsvoorstel. Diegene schrijft namens een parlementaire commissie waaronder het voorstel valt – dat zijn er zo’n twintig – het rapport waardoor kan worden onderhandeld.
“Dat is een stuk minder versplinterd dan onze Tweede Kamer!”
Welke Europarlementariër rapporteur wordt, is dus best een belangrijke beslissing. De grotere Europese groepen krijgen ook de mooiste posities: daarom willen eigenlijk alle nationale partijen zich wel aansluiten bij een Europese groep. Toch zijn er zo’n 45 MEP’s die nergens bijhoren, en dus in de groep NI (non-inscrits) zitten. Bijvoorbeeld één Europarlementariër van Forum voor Democratie (overigens werd hij verkozen voor de PVV), die dit jaar uit de rechts-populistische en Eurosceptische groep Identiteit & Democratie is gezet doordat hij te lovend over Rusland was.
“De grotere Europese groepen krijgen ook de mooiste posities: daarom willen eigenlijk alle nationale partijen zich wel aansluiten bij een Europese groep.“
Zo gebeuren er binnen het Europees Parlement bijzondere dingen dus. Maar als je de afgelopen tijd het nieuws hebt bijgehouden, heb je vast ook gelezen over de Qatargate: het omkopingsschandaal waar veel Europarlementariërs, hun familie en medewerkers bij zijn betrokken. Met tonnen biljetten verstopt in koffers. Het heeft het debat over de legitimiteit van het EP en de EU weer doen oplaaien. Gelukkig hebben we voor die belangrijke discussie nog een tijdje: in mei 2024 mogen we weer naar de stembus.